Conferentie Embassy of Inclusive Society: Kwetsbaarheid en verbinding

Dat inclusiviteit een continu proces van leren en ontleren is, werd duidelijk tijdens de conferentie van de Embassy of Inclusive Society. 

Type Actueel
Gepubliceerd op 20 november 2023
Onderdeel van Embassy of Inclusive Society
Actueel
Conferentie Embassy of Inclusive Society: Kwetsbaarheid en verbinding
Onderdeel van Embassy of Inclusive Society

De conferentie was een moment van vertraging en reflectie in een wereld die “on fire” is, en treinen die niet reden. Met een programma dat die ochtend energiek en op ‘z’n Rotterdams’ begon. In de middag stonden drie verhalen op het podium over werken met ervaringsdeskundigen en was er een paneldiscussie waarin dat transparante gesprek een plek kreeg. Kunstenaar en verhalenverteller Onias Landveld sloot het programma af.

Hiphop

Met de beats van DJ Salesman werd de zaal op de ochtend van 26 oktober ontvangen. Toen iedereen rustig zat, begon moderator Jermaine Berkhoudt zijn intro over het project ‘de Campus voor Alledaagse Kennis’ dat The Niteshop | Concrete Blossom deed met bewoners van de Schiedamseweg in Rotterdam. Op een manier waarop alleen Rotterdammers het kunnen, aldus Berkhoudt, werd de zaal wakker geschud met hiphop van Shep 500, JAHMA en FABZ Pi.

“Voor wie was dit nieuw?”, vraagt Berkhoudt de zaal. Een aantal steekt de hand op. Het was wel anders, merkt iemand op. Berkhoudt: “Anders is mooi, toch? Daarom zijn we hier. Om de dingen anders te doen; dingen gaan al zo lang hetzelfde. Als we andere resultaten willen, hebben we andere manieren nodig om te onderzoeken hoe het anders en beter zou kunnen.”

In de bestuurskamer

Met een panel van vijf mensen in gesprek. Drie project-deelnemers (en buurtbewoners): Fabie Soares, mede-oprichter buurthuis All Dae in Rotterdam, Vincent Akachar, oprichter van sportschool HEF Gym, Carolina Castro, co-founder & projectleider Stichting de Veerkrachtige Gemeenschap, en twee mensen van The Niteshop: Richard Nazier (tevens DJ Salesman), coördinator van het project en Nabiha Zaid als ontwerper.

Het project begon in de bestuurskamer van de Niteshop, een geremixte nachtwinkel, waar gevestigde en aanstormende ontwerpers, kunstenaars, hosselaars en wetenschappers elkaar ontmoeten en samenwerken aan de stad van morgen, vermeldt de website. De bestuurskamer is een ruimte waar je je schoenen uittrekt en op de grond gaat zitten. Bewoners die elkaar van tevoren niet kenden, gingen met elkaar in gesprek over de straat. Een straat waar tram 8 gaat verdwijnen, wat weer kansen biedt om het anders te gaan doen.

Het zit allemaal al in de wijk

Castro: “Het was een heel mooi proces. Door de gesprekken en methoden gingen we vanuit onze ervaringen naar de praktijk. Dat was de rijkdom van dit proces, het heeft me inzicht gegeven in andere culturen en stigma’s helpen doorbreken. Het was niet alleen maar praten, maar vooral het vertalen van deze ideeën en dromen naar een pad in de wijk.” Of zoals Akachar het verwoordt: “We praatten op een informele manier met elkaar en dat leidde naar formele resultaten.”

Zaid vertaalde de input, samen met Nacor Martina (ontwerper bij Concrete Blossom) naar een ontwerp voor de straat. Een ontwerp met elementen uit diaspora communities. In de wijk wonen mensen met een Afrikaanse, Aziatische of Zuid-Amerikaanse komaf. Nazier: “Het zit allemaal al in de leefwereld. Daar zit al de waarde. Die waarde kun je dus gewoon lokaal ophalen.” Zaid: “De grootste uitdaging was het geschikt maken van de elementen voor het Nederlandse klimaat.”

Sommige mensen zien dat als hangjongeren. Voor mij is dat thuis. Wanneer ik ernaar kijk, zie ik mensen die iets uitleggen aan elkaar. Het is gewoon een bepaalde kennisoverdracht. Vanaf het moment dat je dat kan zien, dan ga je zo anders naar de wereld kijken.
— Fabie Soares, mede-oprichter buurthuis All Dae in Rotterdam

Kennisdelen op straat

“Wat zo mooi is, dat heeft Malique (Mohamud, oprichter Concrete Blossom, red.) me een keer gezegd, dat letterlijk iedereen een onderzoeker is”, stelt Soares. “Maar je hebt het eigenlijk niet door. Wanneer je in de buurt loopt zijn er bepaalde dingen die voor een migrantenwijk gewoon vanzelfsprekend zijn. Ik vind het niet raar wanneer ik veel oude mannen zie chillen bij een bakkerij. Waar ze praten over een bepaalde wedstrijd. Ik vind het niet raar als ik bijvoorbeeld jongens bij een nachtwinkel zie chillen tegen een muur. Sommige mensen zien dat als hangjongeren. Voor mij is dat thuis. Wanneer ik ernaar kijk, zie ik mensen die iets uitleggen aan elkaar. Het is gewoon een bepaalde kennisoverdracht. Vanaf het moment dat je dat kan zien, dan ga je zo anders naar de wereld kijken.” Nazier: “Kennisdeling gebeurt in de shisha lounges, de toko’s, de barbershops en op straat. Vandaar dat we spreken van de ‘Campus van de Alledaagse Kennis’. Je kan alles remixen zolang je maar beweegt vanuit het kapitaal wat er al is.”

Hosselen

Akachar: “Ik besef me ineens dat ik door mijn kapper (gevestigd in de Niteshop, red.) ben gehosseld voor dit project. Als man van Antilliaanse afkomst moet ik wekelijks naar de kapper. De gesprekken met mijn kapper voelde alsof ik een rugzak af deed. Ik voelde me gelijk heel veilig. Het was gelijk heel anders dan een normale kapper, we hadden het over relevante dingen.” Lachend: “Zo ben ik eigenlijk in de val van de Niteshop getrapt.” 

De presentatie was een teaser voor de Culture of Currency Conference, het eerste landelijk congres over de toekomst van superdiverse steden, op 17, 18 en 19 november in Rotterdam. Dan presenteert Niteshop | Concrete Blossom het hele project.

Ontwerpen met ervaringsdeskundigen

In het middagprogramma passeerden drie verhalen over ontwerpprocessen met ervaringsdeskundigen. Het eerste verhaal kwam van Arend-Jan van Dongen, ervaringsdeskundige, en Aafke van Welbergen, expert inclusief ontwerp bij Accessibility. Van Dongen is blind, “met dien verstande dat ik alleen licht en donker zie”. Hij is net met pensioen en in zijn werk als ICT’er nam hij ook graag de tijd om zijn ervaringen te delen. “Ik ben mijn leven lang bezig om alles zo zelfredzaam mogelijk te benaderen.” Voor Van Dongen heeft zelfredzaamheid veel met inclusiviteit te maken. Dat het zeker niet makkelijk is om altijd zelfredzaam te zijn, blijkt uit een simpel voorbeeld waarin Van Dongen online dacht een pot mosterd te bestellen, maar omdat het een plaatje van een tube was, kreeg hij een tube. “Zo kan ik uren aan voorbeelden geven. Dan kun je zeggen: ‘Je kunt toch om hulp vragen?’ Maar wat is er nou prettiger dan het zelf kunnen?”

Als je met ervaringsdeskundigen werkt, is een aantal punten erg belangrijk, stelde Van Welbergen. Zij nam de ontwerpers en beleidsmakers in de zaal mee in de werkwijze van Stichting Accessibility. Lessen zoals in elke stap van het proces ervaringsdeskundigen te betrekken. Of bewuste keuzes te maken in de doelgroep. “Nu hoor ik een aantal van jullie misschien wel denken: dat is toch eigenlijk exclusief ontwerp? Dat is ook zo. Dan is mijn vraag aan jullie: is dat niet altijd zo? Want uiteindelijk maak je altijd keuzes, onbewust of bewust, wie je wel of niet betrekt. Vaak ben je onbedoeld exclusief aan het ontwerpen. Wij zeggen: maak bewust keuzes, zodat je daarna bewust kan kiezen om te verbreden.” 

Rekening houden met de ander

Andere lessen waren dat je kijkt naar de randvoorwaarden, zoals de bereikbaarheid en toegankelijkheid van je locatie, het tijdstip en de vergoeding. Dat je blijft communiceren met de mensen gedurende het hele proces. “Je gaat een band met ze aan. Zo zijn ze bereid nog eens mee te werken, of met je op een podium te gaan zitten.” Als allerbelangrijkste noemde Van Welbergen dat je moet vragen naar de voorkeuren van iemand die meewerkt aan jouw onderzoek. “Iedereen vindt het prettig als er rekening met je wordt gehouden. Bijvoorbeeld wil iemand met een hulphond worden opgehaald van het station of niet. En, niet elke hulphond is dezelfde.”

Van Dongen: “Er werd nu eens een keer niet voor mij gedacht maar mét mij. Mijn kennis vanuit mijn ervaring werd getoetst aan de techniek die bestaat en aan de haalbaarheid. Er kon ook rustig wat afgekeurd worden, want dat was het dan gewoon niet. Wat mij steeds weer duidelijk wordt, is dat je elkaar kunt vinden door het gewoon helder te maken en te laten zien waar de schoen wringt. Het zit hem vaak echt in eenvoud.”

Praat samen over de grens

In het project ‘Praat samen over de grens’ werkte ontwerpbureau Ruimtekoers samen met twaalf Nijmeegse mannen om seksueel grensoverschrijdend gedrag bespreekbaar te maken. Voor dit project dook projectleider en ontwerper Renée Janssen Nijmegen in. Ze bezocht studentenverenigingen, maar ook voetbalclubs en ze sprak met social workers. “Zo ben ik de context gaan duiden.” Janssen vond twaalf mannen die bereid waren mee te doen. Samen met Emancipator, een organisatie die zich inzet voor mannenemancipatie, organiseerde ze workshops waarin de mannen met elkaar in gesprek gingen over wat het betekent om man te zijn, wat gendernormen zijn en hoe dat beide ten grondslag ligt aan grensoverschrijdend gedrag.

Gaandeweg ontdekte Janssen dat dat gesprek alleen al “super waardevol was”. Door de verbinding die ze met elkaar aangingen en de inzichten die ze daarmee opdeden. Zo werd de slogan voor de campagne geboren: Praat mee over de grens. De kern is dat Nijmeegse mannen praten over seksueel grensoverschrijdend gedrag. Er werd met vier mannen uit de focusgroep een podcast gemaakt en in video’s voerden ze met elkaar het gesprek. “Allemaal heel kwetsbaar, ze zijn echt naar hun eigen ervaringen gegaan.”

Spannend

Rapper Roché Nieuwendam was een van die mannen en hij vond het aanvankelijk best spannend om mee te doen, bekende hij via een videoverbinding. Vanwege het verkeer kon hij niet fysiek aanwezig zijn. “Ik ken het probleem, ik kom uit de hiphop scene en uit Suriname. In beide scenes speelt dit onderwerp. Toen ik met al die mannen zo samen zat, merkte ik dat ik het nog steeds spannend vond. Ik was het niet gewend om te praten over dit soort thema’s. Wel over discriminatie, racisme en jongerenproblematieken.”

De workshops zorgden ervoor dat Nieuwendam zich op zijn gemak ging voelen. “Uiteindelijk heb ik veel geleerd van de verhalen van de andere mannen. Iedereen had zijn eigen perspectief, dat was heel leerzaam.” In zijn werk als jongerenwerker heeft hij door dit project een ingang gekregen om het gesprek met jongeren aan te gaan, laat hij weten.

Toegankelijke ruimte

Het derde verhaal kwam van Sjaan van der Tol van Arcam, centrum voor architectuur in Amsterdam. Zij doorliep met een makersteam een traject om de eigen ruimte, Arcam, te herontwerpen en toegankelijker te maken. Van der Tol: “Daar hadden we als Arcam helemaal geen ervaring mee.” Er werd een makersteam samengesteld bestaande uit (ervarings)deskundigen met toegang en inclusie. Het team startte met andere projecten te bezoeken, zoals het Verzetsmuseum en het Van Abbemuseum met de tentoonstelling Dwarsverbanden.

Vervolgens ging het makersteam door het pand en werden veelvuldig post-its geplakt. Wat is goed en wat kon beter? Zo waren onder meer de glazen deuren een probleem en de regelafstanden bij de teksten. Uit die rondgang volgde een ‘Universeler programma van eisen’ waarmee een ontwerpbureau werd geselecteerd. Dat werd uiteindelijk onderzoeksbureau Dérive, opererend op het snijvlak van architectuur, openbare ruimte en stedelijke strategieën, met het ontwerp ‘Universeler Maatwerk’. “Dérive had zich het meeste ingelezen in hoe je iets toegankelijk kunt maken.” Vervolgens zijn de plannen uitgewerkt en uitgevoerd binnen het beschikbare budget. Vanaf 4 november is Arcam weer geopend voor publiek.

Panel - credits: about.today

Panelgesprek

Moderator Jasmin Sharif, programmamaker en onderzoeker bij Boekmanstichting en oprichter van het collectief YUMNA, modereerde het panelgesprek bestaande uit Marc Mulder, senior ervaringsdeskundige bij Movisie, Karin Fischnaller, visueel ontwerper bij The Anderen, Jeanette Chedda, spreker, model, bedrijfsjournalist en lid van collective Feminists Against Ableism en Tarik Yousif, Directeur Culturele Zaken Gemeente Utrecht. Ze gingen met elkaar in gesprek over wat ‘geleefde ervaring’ betekent. Sharif: “Wat is dat voor kennis en hoe kun je dat inzetten en linken aan toegankelijkheid?”

Ervaringsraden

Mulder: “Ik heb een achtergrond in armoede en schulden. Met die ervaring probeer ik het perspectief van de mensen met die problemen naar voren te brengen.” Hij organiseert onder meer ervaringsraden waarin hij voor langere tijd ervaringsdeskundigen bij elkaar brengt. “Die gesprekken leveren kennis op die je weer kunt toepassen in de praktijk. In plaats van dat je een onderzoek bedenkt van wat er zou moeten gebeuren, vraag je de mensen wat ze vinden dat er gedaan moet worden.”

Feedbackgesprekken

Information Designer Fischnaller heeft zelf niet per se de geleefde ervaring van het thema waar ze zich mee bezighoudt, zij ontwierp onder meer voor de Embassy of Inclusive Society de installatie Lorem Ipsum, die de belangrijke richtlijnen en adviezen voor inclusieve (fysieke) presentaties visualiseert. Door veel feedbackgesprekken met ervaringsdeskundigen krijgt ze inzichten voor haar ontwerpen. “Die gesprekken zijn het belangrijkste om te leren en om open te zijn voor de ander.”

Pure noodzaak

Voor Chedda is het pure noodzaak om te werken als ervaringsdeskundige. “Het is niet mijn wens om de hele tijd aan de Nederlandse samenleving uit te leggen dat ik ook een plek verdien, maar ik doe dit omdat ik het gevoel heb dat de positie van gehandicapte mensen gewoon niet goed is. Onze samenleving is echt een ontoegankelijke samenleving voor mensen in een rolstoel. Dat besef is er niet, eerder de misconceptie dat Nederland het goed geregeld heeft voor gehandicapte mensen.”

Het gesprek op scherp

Het gesprek krijgt een andere wending bij de introductie van Yousif. Zijn verhaal zet de zaal op scherp. Hij vertelt over de cultuurnota ‘Kleur bekennen’ van de gemeente Utrecht, die de gemeenteraad in september goedkeurde. “In essentie roepen we de culturele sector op om uitgesproken transparant beleid te gaan voeren. Vaak vermijden we als maatschappij zowel taalkundig als emotioneel de spanningsboog tussen een inclusieve samenleving en schaarste. We gebruiken allerlei inclusieve teksten en projecten waarbij schaarste eigenlijk wordt genegeerd.”

Zijn betoog leidt tot meerdere reacties uit de zaal. Er ontstaat een gesprek over basisnormen voor de toegankelijkheid van gebouwen en het gezamenlijk programmeren als culturele sector voor de hele stad Utrecht. Zoals iemand het uit de zaal verwoordt: “De cultuurnota is een uitnodiging om met elkaar een programmering op te zetten waarbij iedereen zich wel uitgenodigd voelt, maar niet op alle honderd  culturele plekken, want dat kan niet, maar wel op vijftig plekken.”

Voor Shay Raviv was het belangrijk om dit gesprek te kunnen voeren. “Ondaks dat deze gesprekken moeilijk te voeren zijn, zijn ze wel heel nodig. Ik ben heel blij dat we dit transparant hebben kunnen bespreken.”

De ideale samenleving

Als afsluiting van het panelgesprek vroeg Sharif alle leden nog een laatste woord. “Hoe zou voor jou de ideale samenleving eruit zien?” Chedda: “Eentje zonder trappen!” Mulder: “Een wereld waarin we elkaar willen leren kennen.” Fischnaller: “Waarin we de tijd nemen om met anderen in gesprek te komen.” Yousif: “Het is een proces van leren waarbij je nooit uitgeleerd bent. Ik hoop op vertrouwen dat we met elkaar als maatschappij heel veel fouten mogen maken, als de ambitie er maar is dat we er als maatschappij beter van worden.”

Onias Landveld - credits: about.today

Gelijkwaardig, dat is inclusief

Onias Landveld, oprichter van productiehuis Wosu, kunstenaar en verhalenverteller, sloot de conferentie af met een performance. In een gedicht ‘My story’ stond hij stil bij ieders verhaal. Landveld: “Persoonlijk geloof ik niet dat iedereen altijd honderd procent inclusief kan zijn. We hebben allemaal een rugzak, we zijn op een bepaalde manier opgevoed en we hebben blinde vlekken.

“Vaak moet ik tegen mensen zeggen: samen spelen, is samen delen. Dus als jij zegt dat iedereen mee moet kunnen doen, dan moeten ze dezelfde kansen hebben om, net zoals jij, op jouw niveau terecht te komen. Soms lukt dat niet, want sommigen hebben een rugzakje. Dus dan moet je even wat helpen.”

Landveld werd eerder dit jaar gevraagd mee te werken aan een tentoonstelling over roofkunst. “Ik ben een marron, mijn voorouders waren tot slaaf gemaakten in Suriname. Zij vluchtten en vielen vervolgens plantages aan om mensen te bevrijden. Dat is wat ze deden, ik ben een rebel.” De voorwerpen die werden gebruikt, werden geroofd en een aantal van die voorwerpen kwam uiteindelijk terecht in Berlijn.

Landveld werkte mee aan de tentoonstelling die te zien is in het Mauritshuis in Den Haag met tien verhalen over roofkunst. Net voor de opening van de tentoonstelling zag hij zijn verhaal verteld worden op tv, zonder dat hij erbij was. “Het had gescheeld als ik daar had gezeten en had kunnen vertellen hoe het voor mij was. Dan was het samen gemaakt. Dan zijn wij gelijkwaardig en dat is inclusief.”

Inclusiviteit is dus ook het moeilijke gesprek aangaan, je kwetsbaar durven opstellen, want zo blikt Raviv terug: “Elke keuze heeft een consequentie. Door transparant te zijn in keuzes en te blijven werken aan verbetering, denk ik dat we grote stappen kunnen zetten.”

chapter-arrow icon-arrow-down icon-arrow-short icon-arrow-thin icon-close-super-thin icon-play icon-social-facebook icon-social-instagram icon-social-linkedin icon-social-twitter icon-social-youtube